Het was een zwarte zaterdagavond voor de eredivisieclubs (mannen) in de Haagse/Westlandse regio. Hellas werd weggespeeld in Houten met 34-23; Quintus verspeelde een kostbaar punt (36-36) thuis tegen Arnhem; WHC/Hercules ging onverwacht met 25-23 onderuit bij Dynamico en EHC kreeg klop bij Opleidingsteam Volendam: 31-27.
Hellas
In de jacht op de titel had Hellas weinig in te brengen bij koploper Houten. De thuiswedstrijd was eerder dit seizoen nog knap gewonnen, maar de revanche was overduidelijk. De Hagenaars misten Kevin Pronk (blessure) en Pim van Starrenburg (verblijf buitenland) en dat was merkbaar. Maar de thuisclub was op alle fronten de betere ploeg. De Hagenaars misten in het eerste half uur veel vrije kansen en slaagde er ook niet in de overtalsituaties behoorlijk uit te spelen. Dat bood Houten voldoende gelegenheid om bij de rust al een 15-11 voorsprong te pakken.
Met de sterke schutters Ruben de Bok, Bram Versteegden en Rogier Teewissen scoorde Houten ook regelmatig in ondertal en dat mocht Hellas zich aanrekenen. De beide keepers Björn Brachten bij Houten en Storm Bolman bij Hellas waren overigens in een uitstekende vorm. Bij Hellas werd de topschutter Martijn Poot knap aan banden gelegd door de steeds fel uitstappende verdedigers. Zonder de schotkracht van Poot zijn de Hagenaars minder gevaarlijk, al was vooral in de eerste helft Wessel Coster prima op schot.
Ook de tactische ingreep van de coaches Joris Witjens/Björn Budding om met zeven veldspelers te gaan spelen, leverde in de tweede helft niet het gewenste resultaat op. Via 18-11, 24-14 en 27-15 bepaalde Houten de eindstand royaal op 34-23.
AD SPORT/PETER LOTMAN
